Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En [3]neem waar de wacht des HEEREN, uws Gods, om te wandelen in Zijn wegen, om te onderhouden Zijn [4]inzettingen, en Zijn geboden, en Zijn rechten, en Zijn [5]getuigenissen, gelijk geschreven is in de wet van Mozes; opdat gij [6]verstandelijk handelt in al wat gij doen zult, en al waarheen gij u wenden zult; 3. Deze manier van spreken wordt elders van den dienst des tabernakels gebruikt, gelijk Lev.8:35; Num.3:7, maar hier en elders van de burgerlijke plichten, die de prinsen en andere oversten moesten waarnemen, achtervolgens de orde hun van God voorgeschreven. Zie Joz.22:3; 2 Kon.11:5. Doch het woord wacht wordt ook overgezet bevel, betekenende in het gemeen al hetgeen de Heere ons voorgeschreven heeft te doen of te laten. Zie Gen.26:5. 4. Deze eerste drie woorden worden zo onderscheiden, die het eerste genomen wordt voor de ceremonieele wetten; het tweede voor de wetten der zeden; het derde voor de burgerlijke rechten. Zie Gen.26:5; Deut.5:31. 5. Versta, de leer der zaligheid, die van Gods wil tegen ons en van onzen schuldigen plicht tegen hem volkomenlijk betuigen. Zie Deut.4:45. 6. Of, voorspoedig maakt alles, enz. Zie deze manier van spreken, Deut.29:9.